Skip to content
Skip to content

Pijpenstrootje

Molinia caerulea subsp. arundinacea ‘Tranparent’

Al staat het pijpenstrootje in een wat kwade reuk sinds het zich explosief uitbreidt ten koste van onze heidevelden, het is en blijft een koninklijke verschijning. Molinia’s zijn langzaam groeiende grassen, die zich kenmerken door hun lange, ijle, maar stevige bloeihalmen, die hoog boven het laagblijvende loof uitsteken. Ze hebben een fantastische gele herfstkleur, waar de uitgebloeide bloeiwijze tot ver in de winter rechtop blijft staan.

Fraaie verhalen
De wortels van het pijpenstrootje, die wel 40 cm en langer konden zijn, werden tot ongeveer 1950 gebruikt voor het maken van bezems en borstels. Pollen van de plant werden hierbij uit de grond gewrikt, het zogenaamde ‘buntsteken’. Buntsteken werd tot na de Tweede Wereldoorlog op de heidevelden beoefend.

Toepassingen

Herkomst
Inheems

Welke insecten trekt de plant aan?
Vlinders overwinteren als rups in gras en zoeken er beschutting.

Algemeen
Deze Molinia blijft redelijk transparant en kan goed in een zonnige vast-plantenborder worden toegepast. De bodem mag niet te droog zijn. Lichte schaduw wordt verdragen. Goed winterhard.

Standplaats
Zon, lichte schaduw

Hoogte
200-220 cm

Bloeitijd
September-oktober

Bloeiwijze
Overhangende stengels en ijle, hangende bloeiwijze

Kleur
Bruin

Hoe te vermeerderen
Uit zaad en door te delen

Zaadjes in zadenbieb?
Nadat deze plant zaadjes heeft geproduceerd, zijn ze te vinden in de zadenbibliotheek in Zinder.

Weetjes
De uitgebloeide halmen kun je afknippen in maart. Eventueel opbinden in het najaar.