De wilg of schietwilg is een snelgroeiende boom met donkergroen zilverachtig behaard blad. De stam is kurkachtig gegroefd, wat een uniek gezicht geeft. Als in maart de lente aanbreekt, brengen bloeiende wilgen als eerste weer kleur in het landschap met hun gele of frisgroene katjes. Een andere opvallende sierwaarde zijn de oranjerode tot rode twijgen. Vooral in de winter is het een opvallende boom.
Fraaie verhalen
Het woord wilg is waarschijnlijk afgeleid van het Angelsaksische welig, wat te maken heeft met buigzaamheid. Anderen beweren dat wilg en weide van het Oudhoogduitse wida of het Latijnse vieo (= vlechtwerk) afstammen. Salix lijkt ook op het Oudindische salila-m, dat water betekent.
Salix alba is inheems in Europa, alleen niet in het noorden, in West- en Noord-Azië, en in Noordwest-Afrika in moerasbossen en vochtig laagland. Het is een van de belangrijkste wilgen voor de houtproductie. Inuit gebruikten wilgenhout voor het geraamte van hun kajaks. Een omheining van wilgentakken noemde men vroeger luik, loke of heimluik. In combinatie met leem werden wilgentakken gebruikt bij de bouw van vakwerkhuizen, dit kan men nog zien in de Belgische Voerstreek. Tegenwoordig worden wilgentenen ook wel eens langs een metalen constructie gevlochten als geluidsscherm. Wilgenrijshout wordt ook tussen palen gevlochten voor het aanleggen van milieuvriendelijke oevers.
Toepassingen
In de bast van de wilg zit salicylzuur, een grondstof van aspirine. Omdat de plant salicine en looizuur bevat, heeft hij een koortswerende, pijnstillende en zuiverende werking.
Het hout werd veel gebruikt voor het maken van klompen en de bast werd vroeger gebruikt bij het leerlooien. Van speciaal gekweekte dunne takken, de wilgentenen, worden onder andere beschoeiingen, manden en wanden van bouwwerken gemaakt.
Herkomst
Duitsland, circa 1840
Welke insecten trekt de plant aan?
Drachtboom voor bijen, waardboom voor vlinders
Algemeen
Een echt vochtminner, uitgroeiend tot een middelgrote boom. De wilg is vooral bekend als knotwilg langs de vele vaarten en sloten in ons land. Deze schietwilg heeft een ovale kroon, die gaat overhangen naarmate de boom ouder wordt. Bladverliezend in de winter. Wilgen in bloei zijn niet alleen mooi, hun nectar en stuifmeel zijn ook van levensbelang als voedselbron voor veel vroeg vliegende insecten na een lange winter.
Standplaats
Weinig eisend, groeit op vochtige tot natte plaatsen.
Hoogte
10-15 m
Bloeitijd
April-mei
Bloeiwijze
Katjesvormig
Kleur
Geel
Hoe te vermeerderen
Het is een mannelijke cultivar die uitgroeit tot een middelgrote boom. Snoeiperiode van oktober tot maart. Bij een knotwilg worden alle takken om de twee tot drie jaar afgezaagd. Om de boom in model te houden, kan men in het voorjaar en/of in de zomer de lange scheuten inkorten. Een afgeknipte twijg kan gemakkelijk in een glas water worden gezet of direct in de grond en zal dan meestal wortel schieten.
Zaadjes in zadenbieb?
Van deze plant kunnen we geen zaden oogsten. Ze zijn dan ook niet opgenomen in de zadenbibliotheek in Zinder.
Weetjes
…